Volgens mij is het inmiddels wel bekend dat ik gek ben op pannenkoeken. Aangezien poffertjes nogal veel weg hebben van een pannenkoek gaan die er ook wel in. Ik was jaren geleden daarom ook erg trots op mijn eigen poffertjespan. Helaas heb ik hem niet veel gebruikt omdat hij niet goed bleef staan op het gasfornuis. De pan viel er telkens vanaf. Dat is niet zo handig als je net beslag in de kuiltjes hebt gegoten.
Maar laatst heb ik via Joke een ouderwetse supergoede echte gietijzeren poffertjespan gewonnen! Je kunt wel raden wat hier de laatste tijd verdacht veel op tafel staat ;-) Poffertjes!
Het recept dat ik voor doodgewone, maar lekkere, poffertjes gebruik deel ik graag met je.
Met dit recept maak je ongeveer 30 tot 40 poffertjes.
De kuiltjes van de pan kun je vullen met een lepel of spuitflesje, maar met een spuitzak gaat het ook erg goed. Het nadeel van een spuitflesje vind ik vaak dat ik het flesje niet meer goed schoon krijg. Daarom gebruik ik liever een (wegwerp)spuitzak.
Poffertjes
Ingrediënten:
- 250 gram tarwebloem
- 400 ml lauwe melk
- 2 eieren (M)
- snufje zout
- 1 theelepel bakpoeder (5 ml)
- 2 eetlepels keukenstroop
Bereiding:
Zeef de bloem en bakpoeder, meng dit met zout. Roer de melk beetje bij beetje door de bloem heen zodat een beslag ontstaat. Roer de stroop en de eieren door het beslag.
Verhit de poffertjespan zodat de pan goed heet is en smeer de kuiltjes in met gesmolten boter. Zet het vuur iets lager, ongeveer op middelhoog vuur. Vul de kuiltjes voor de helft met het beslag. Laat de onderkant bruin worden en keer de poffertjes met een vork voorzichtig om.
Serveer de poffertjes warm met een beetje roomboter en poedersuiker (en stroop)